De ‘securitisering’ van extreemrechtse groeperingen en de legitimering van veiligheidsbeleid door de Binnenlandse Veiligheidsdienst en zijn politieke omgeving in de periode 1950-1963.

Keywords

Loading...
Thumbnail Image

Issue Date

2020-05-15

Language

nl

Document type

Journal Title

Journal ISSN

Volume Title

Publisher

Title

ISSN

Volume

Issue

Startpage

Endpage

DOI

Abstract

In deze scriptie wordt de legitimering van veiligheidsmaatregelen door de Binnenlandse Veiligheidsdienst en zijn politieke omgeving geanalyseerd aan de hand van de securitisering-theorie van de Kopenhagen School. De dreigingspercepties van de veiligheidsdiensten en het politieke domein ten aanzien van extreemrechtse groeperingen in de periode 1950-1963 worden door middel van deze theorie uit de bronnen gedestilleerd. Daarbij staan drie casussen centraal: de S.O.P.D., de N.E.S.B. en de Stichting H.I.N.A.G. De concepten referent subject en referent object verduidelijken de driegingspercepties, en zijn de aanleiding voor de genomen veiligheidsmaatregelen. De Binnenlandse Veiligheidsdienst en zijn politieke omgeving zagen de dreiging van een (internationale) hergroepering van neonazi’s en een nieuwe nationaalsocialistische partij. De publieke orde, de democratie en de Nederlandse bevolking stonden onder druk door deze dreigingen. Op basis daarvan werden veiligheidsmaatregelen genomen. Er vond een operationele opschaling plaats, er werd gebruikgemaakt van informanten en er werden extreemrechtse manifestaties verboden.

Description

Citation

Faculty

Faculteit der Letteren

Specialisation