Akoestisch-fonetische analyses van het effect van Communicatieve Taaltherapie bij specifieke taalontwikkelingsstoornissen.
Keywords
Loading...
Authors
Issue Date
2022-08-21
Language
nl
Journal Title
Journal ISSN
Volume Title
Publisher
Abstract
Akoestisch-fonetische spraakkenmerken kunnen mogelijkerwijs gebruikt kunnen worden voor
het tijdsefficiënt en objectief diagnosticeren en evalueren van specifieke
taalontwikkelingsstoornissen (S-TOS) in Nederland. De aanwezigheid van stoornissen en
aandoeningen kan namelijk worden weerspiegeld in een persoon zijn of haar spraak, ofwel
specifieker, akoestisch-fonetische spraakkenmerken. Echter is het nog onbekend of en welke
akoestisch-fonetische spraakkenmerken van Nederlandse kinderen met S-TOS exact afwijken
van die van zich normaal ontwikkelende leeftijdsgenoten. Ook is het nog onbekend in hoeverre
eventuele afwijkende akoestisch-fonetische spraakkenmerken daadwerkelijk veranderen na een
succesvolle logopedische (evidence based) interventie. Mogelijkerwijs gaan deze de (waarden
van de) akoestisch-fonetische kenmerken van leeftijdsgenoten vergelijken, omdat de talige
ernst van hun S-TOS verminderd is. In het huidige onderzoek werd daarom voor het eerst in
Nederland onderzocht of en welke akoestisch-fonetische spraakkenmerken van kinderen met
specifieke taalontwikkelingsstoornissen veranderden na het volgen van een evidence based
behandelmethode voor specifieke taalontwikkelingsstoornissen, te weten Communicatieve
Taaltherapie (CTT). Hiertoe werd gebruik gemaakt van de versimpelde versie van de
AASPAA-pipeline. Op semi-geautomatiseerde wijze werden 103 akoestisch-fonetische
kenmerken (afkomstig uit Praat en eGeMAPS) uit de spontane taal van 5 kinderen met S-TOS
(4 en 5 jaar oud) vóór en na de interventie CTT berekend en geëxtraheerd. Middels Recursive
Feature Elimination op groepsniveau en op individueel niveau (voor vijf participanten) werden
rangordes van 20 akoestisch-fonetische spraakkenmerken gegenereerd. Deze rangordes
bevatten de akoestisch-fonetische kenmerken die het meest bijdroegen aan het verschil in (de
waarden van de) akoestisch-fonetische kenmerken vóór en na CTT. De rangordes werden
aangevuld met statische analyses om bijbehorende significatieniveaus (middels gepaarde ttoetsen) en effectgroottes (middels Cohen’s d) te duiden. Ook werden de waarden van de
akoestisch-fonetische kenmerken van de kinderen met S-TOS na het volgen van CTT
vergeleken met de waarden akoestisch-fonetische kenmerken van referentiesprekers (kinderen
zonder S-TOS). Naar verwachting zouden er akoestisch-fonetische kenmerken gerelateerd aan
de klinkerdriehoek, duur en klankkleur voorkomen in de rangordes en zouden de waarden van
deze kenmerken de waarden van kinderen zonder S-TOS (meer) gelijken, zowel op
groepsniveau als op individueel niveau. Op groepsniveau bleken kenmerken gerelateerd aan
duur, klankkleur en overige kenmerken voor te komen in de rangorde. Het duurkenmerk dat
voorkwam in de rangorde op groepsniveau maakte positieve verandering door, in de zin dat de
waarde na CTT dichterbij de referentiewaarde kwam. Het verschilde voor de
klankkleurkenmerken per kenmerk of dat de verandering positief was, in de zin dat deze
hiermee dichterbij de referentiewaarde kwam. Op individueel niveau kwamen (als belangrijkste
resultaat) in de rangordes kenmerken voor gerelateerd aan frequentie (center of gravity en
formanten), energie, klankkleur en spectrale helling. Het verschilde sterk per kenmerk en
individu of de verandering ook ‘positief’ was, in de zin dat deze dichterbij de referentiewaarde
kwam. De huidige studie kende vele verbeterpunten en op de wijze waarop deze nu is
uitgevoerd is de generaliseerbaarheid laag. Ondanks dat de resultaten van het huidige onderzoek
laag generaliseerbaar zijn, lijken zij wel in lijn te zijn met de resultaten uit eerder onderzoek
naar S-TOS-spraak wat betreft het voorkomen van kenmerken gerelateerd aan de
klinkerdriehoek, duur en klankkleur. Dit is een eerste indicatie dat de (linguïstische)
ernstvermindering van een S-TOS door het succesvol volgen van een evidence based interventie
ook waarneembaar is in de akoestisch-fonetische spraakkenmerken en dat dit aan het licht
gebracht kan worden middels de AASPAA-pipeline.
Description
Citation
Supervisor
Faculty
Faculteit der Letteren