Investeringsmotieven onder de loep: Een onderzoek naar de motieven van bedrijven in de regio Arnhem-Nijmegen om te investeren in bestaande bedrijfspanden
Keywords
Loading...
Authors
Issue Date
2013-06
Language
nl
Journal Title
Journal ISSN
Volume Title
Publisher
Abstract
Deze bachelor thesis onderzoekt de motieven die ondernemers hebben om te investeren in
hun bedrijfspand of bedrijfskavel. De Nederlandse economie steunt voor een groot deel op
de bedrijvigheid die plaatsvind op bedrijventerreinen. Het is daarom belangrijk dat deze
bedrijventerreinen in goede staat blijven verkeren. Momenteel is dit niet op alle
bedrijventerreinen het geval. Bedrijventerreinen verouderen tegenwoordig erg snel. Dit is al
langer een bekend probleem. Veroudering van bedrijventerreinen is het niet langer voldoen
aan de huidige eisen van bedrijven gevestigd op het terrein, ten gevolge van technische,
economische, ruimtelijke en maatschappelijke (juridische) veranderingen (Stec Groep, 2007,
in: Traa & Knoben, 2009). Vaak komt deze veroudering voort uit het feit dat bedrijven niet
investeren in hun pand (van Dinteren, 2008). Het is daarom belangrijk om in beeld te krijgen
wat bedrijven en ondernemers drijft in het doen van investeringen in hun pand. Wanneer
deze factoren helder zijn kunnen hiermee aanbevelingen worden gedaan voor te ontwikkelen
beleid ten opzichte van bedrijventerreinen. Momenteel is er nog geen wetenschappelijke
consensus over het belang van deze factoren. Dit onderzoek tracht een bijdrage te leveren
aan de beschikbare kennis over ondernemers en veroudering en heeft zodoende als doel
meer inzicht te verkrijgen in de motieven van bedrijven om te investeren in uitbreiding of
verbouwing van hun pand.
Om dit doel te bereiken maakt dit onderzoek gebruik van een vergelijkende casestudy. De
bedrijventerreinen ´De Aam´ te Elst en `Westervoortsedijk´ te Arnhem worden onderzocht.
Het eerste terrein is een geherstructureerd terrein, het tweede is dat niet. Ten eerste zijn
interviews gehouden met de woordvoerders van de desbetreffende
ondernemersverenigingen. Dit omdat de staat en sfeer van het bedrijventerrein waarschijnlijk
het best bekend is bij de ondernemersvereniging. Verder zijn verschillende ondernemers op
de beide terreinen op verschillende manieren ondervraagd over hun mening ten opzichte van
de verschillende factoren. Hieraan voorafgaand is een literatuuronderzoek gedaan.
Uit dit literatuuronderzoek bleek dat factoren die van invloed zijn op de investeringen van
ondernemers kunnen worden onderverdeeld in interne en externe factoren. Onder de eerste
groep vallen locatiefactoren, concurrentie en grondaanbod, samenwerking tussen bedrijven
en gemeenten en bedrijven onderling en tenslotte overig gemeentelijk beleid. De tweede
groep bestaat uit productie, beschikbaarheid van financiële middelen, consumentgerichtheid,
winstmogelijkheden, leeftijd van het bedrijf en tenslotte de veranderingen in de nationale
werkgelegenheid.
Na gesprekken met de woordvoerders en ondernemers op de beide terreinen bleken de
leeftijd van het bedrijf en de verandering in de nationale werkgelegenheid niet van
toepassing. Verder bleek dat het overig gemeentelijk beleid, zoals mate van bureaucratie,
instelling van ambtenaren en subsidies, voor veel ondernemers zeer belangrijk was om wel
of niet te investeren. Wanneer potentiele investeringen gemakkelijk toestemming krijgen en
weinig bureaucratie ondervinden, zullen er meer investeringen worden gedaan en bij de
gemeente worden ingediend dan wanneer dit stroef verloopt. Verder was opvallend dat
productie, die door de woordvoerders als zeer belangrijk was aangemerkt, veel minder
belangrijk was dan gedacht. Productie is de factor die de meeste investeringen uitlokt, maar
deze investeringen lijken vaak niet in het pand te gaan zitten, maar in overig kapitaal.
Consumentgerichtheid bleek uiteindelijk de factor die de meeste investeringen in het
bedrijfspand uitlokte. Er bestaan echter grote verschillen tussen de mate van
consumentgerichtheid tussen bedrijven. Daarom is het voor gemeenten belangrijk om hun
beleid ten opzichte van het behoud en vernieuwing van bedrijventerreinen toe te spitsen op
het soort bedrijven wat op het desbetreffende terrein huist. Gemeenten moeten voorkomen
dat alle terreinen binnen de gemeente onder hetzelfde beleid valt.
Daarnaast bleek dat bedrijven en ondernemers op niet geherstructureerde terreinen, waar
leegstand en veroudering was, voorzichtiger waren met investeringen en meer geneigd
waren te verhuizen. Deze ondernemers verklaarden meer te kijken naar de hoeveelheid
beschikbare financiële middelen dan ondernemers op geherstructureerde terreinen. Ook
trokken deze bedrijven zich meer aan van het huidige grondbeleid van gemeenten en
hadden ze minder vertrouwen in de gemeente en een eventuele samenwerking met deze
gemeente. Daarom is het voor gemeenten om hun beleid zo vorm te geven dat
bedrijventerrein in goede staat worden gehouden. Dit voorkomt op de langere termijn veel
problemen.
Description
Citation
Supervisor
Faculty
Faculteit der Managementwetenschappen