Antropocentrisme bij Aristoteles.

dc.contributor.advisorBakker, F.A.
dc.contributor.advisorBlankenborg, R.J.J.
dc.contributor.authorNijhuis, T.C.
dc.date.issued2020-06-29
dc.description.abstractOm een bijdrage te leveren aan het ethisch-filosofisch debat over de oorsprong van antropocentrisme wordt in deze scriptie onderzocht in hoeverre Aristoteles’ leer antropocentrisch is. Hierbij wordt gebruikgemaakt van verschillende definities van antropocentrisme: ontologisch antropocentrisme, ethisch antropocentrisme en conceptueel antropocentrisme. In Aristoteles’ Physica, De anima en zijn belangrijkste biologische werken komt geen antropocentrisch wereldbeeld naar voren: levende wezens en natuurlijke dingen bestaan niet ter wille van mensen. Uit de ethische werken Ethica Nicomachea en Ethica Eudemia blijkt een ethisch antropocentrisme, voortkomend uit een conceptueel antropocentrisme door Aristoteles’ focus op zijn begrip van geluk. Ook uit de Politica blijkt een ethisch antropocentrisch wereldbeeld, wederom voortkomend uit conceptueel antropocentrisme, maar ditmaal door Aristoteles’ gebruik van het begrip rechtvaardigheid.en_US
dc.embargo.lift10000-01-01
dc.embargo.typePermanent embargoen_US
dc.identifier.urihttps://theses.ubn.ru.nl/handle/123456789/9585
dc.language.isonlen_US
dc.thesis.facultyFaculteit der Letterenen_US
dc.thesis.specialisationBachelor Griekse en Latijnse taal en cultuuren_US
dc.thesis.studyprogrammeBachelor Griekse en Latijnse taal en cultuuren_US
dc.thesis.typeBacheloren_US
dc.titleAntropocentrisme bij Aristoteles.en_US
Files
Original bundle
Now showing 1 - 1 of 1
No Thumbnail Available
Name:
Nijhuis TC 1006960.pdf
Size:
4.13 MB
Format:
Adobe Portable Document Format