Abstract:
De spanning tussen feitelijke ongelijkheid, sweatshops in Derde Wereldlanden, en
de in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens gestelde morele
gelijkheid staat centraal. Aan de hand van een historische analyse stelt Hösle dat de
Eerste Wereld verantwoordelijk is voor de situatie in Derde Wereldlanden. Om
vorm te geven aan de verantwoordelijkheid kijk ik naar Rawls’ werk The Law of
Peoples. Rawls gaat ervan uit dat economische actoren ondergeschikt zijn aan
politieke actoren. Dit is niet altijd de praktijk; multinationals vestigen zich in
verschillende staten. Om multinationals als actor te kunnen meenemen in
internationale verhoudingen, ontwerpt Buchanan de mondiale institutionele orde.
Pogge komt vervolgens via een mondiale original position tot voorstellen om de
mondiale institutionele orde te hervormen.