Met lege handen en de mond vol. Een beschrijvende corpusstudie naar de relatie tussen palm-up en mondbeelden in de Nederlandse Gebarentaal (NGT).

Keywords

Loading...
Thumbnail Image

Issue Date

2016-08-03

Language

nl

Document type

Journal Title

Journal ISSN

Volume Title

Publisher

Title

ISSN

Volume

Issue

Startpage

Endpage

DOI

Abstract

Een frequentietelling liet zien dat palm-up het op één na meest frequente gebaar in de Nederlandse Gebarentaal is. De data zijn afkomstig uit het Corpus Nederlandse Gebarentaal (CNGT), waarbij gebruik werd gemaakt van de filmpjes die publiekelijk toegankelijk zijn. De onderzoeksvraag die in dit onderzoek centraal staat is de volgende: welke mouthings komen voor tijdens het palm-up gebaar? De twee volgende resultaten werden gevonden als antwoord op de onderzoeksvraag. Het palm-up gebaar heeft op zichzelf geen functie en verwijst naar wat er in het gezicht gebeurd, specifieker naar het mondbeeld. Het mondbeeld kan los gecombineerd worden met palm-up, maar het kan ook gebeuren dat het gebaar eerder of later in de zin werd gemaakt en het mondbeeld pas voorkomt in combinatie met het palm-up gebaar.. Daarnaast bleek ook dat er ook verschuiving van mondbeelden plaatsvindt. De mondbeelden kunnen zowel functiewoorden als inhoudswoorden zijn. Inhoudswoorden en functiewoorden bleken ongeveer even vaak voor te komen. Werkwoorden en bijwoorden waren de woordgroepen die het meest voorkwamen in combinatie met palm-up. Er werd geen effect gevonden van geslacht en leeftijd op het gebruik van palm-up.

Description

Citation

Faculty

Faculteit der Letteren

Specialisation