Cameratoezicht; de Creatie en Ervaring van een Interdictory space : Onderzoek naar de invloed van (camera)toezicht op de fysieke omgeving en mentale beleving van de Beurstraverse te Rotterdam (de Koopgoot)

Keywords
Loading...
Thumbnail Image
Issue Date
2011-07
Language
nl
Journal Title
Journal ISSN
Volume Title
Publisher
Abstract
Deze studie onderzoekt de invloed van (camera)toezicht op de creatie en ervaring van een interdictory space in de Rotterdamse Beurstraverse (de Koopgoot). Toenemende aantallen gemeenten waar cameratoezicht wordt ingevoerd en de continue groei in implementatie van het cameratoezicht in de gemeente Rotterdam, agenderen meer en diepgaander onderzoek naar de invloed van (camera)toezicht op de openbare ruimte. Dit tevens doordat een ruimte onder toezicht een geheel nieuw soort space blijkt te zijn. Bestaande conceptualiseringen voldoen niet doordat het (camera)toezicht binnen de ruimte waarin het plaatsvindt, een nieuw soort space creëert: interdictory space. Een ruimte waarin mogelijke gebruikers gefilterd en afgestoten kunnen worden. Afwegingen tussen privacy en veiligheid enkel en alleen, onderschatten de invloed van het cameratoezicht op de ruimte en ondermijnen de gevoelens van de gebruikers in de ruimte. Door een beschrijving te geven van bestaande theorieën over space onder toezicht en deze theorieën toe te passen op een ruimte waarin toezicht in extremis aanwezig is, de Koopgoot te Rotterdam, zal verdere kennis ontwikkeld worden over de invloed van toezicht op de openbare ruimte en op de gebruikers van de openbare ruimte. Toegepaste theorie bestaat uit een conceptualisatie van space dat onder toezicht staat en het daaruit voortvloeiende concept van interdictory spaces. Alsmede een uiteenzetting van het Panopticummodel zoals gecreëerd door Jeremy Bentham en geïnterpreteerd door Michel Foucault. De mogelijkheden van een stad tot het zijn van een Panopticum  zijn aan de hand van bestaande theorie, beschreven. Door middel van een observatie zijn de kenmerken van het Panopticum ook concreet toegepast op de casus, de Rotterdamse Koopgoot, en hiermee is onderzocht in hoeverre de Koopgoot een Panopticum is. De gebruikers van de Koopgoot zijn geïnterviewd worden om zo te achterhalen in welke mate zij de ruimte ervaren als interdictory space en als een Panopticum. Tezamen vormen de theorie en de empirische data de onderbouwing voor de beantwoording van de hoofdvraag: 'Wat is de invloed van cameratoezicht op de fysieke omgeving en mentale beleving van de Rotterdamse Koopgoot? Draagt het cameratoezicht bij aan de creatie en ervaring van een interdictory (space)?'.    De extreme regulering, de eenzijdige aanwezigheid van de winkelfunctie en de selectieve en controlerende functie  van het cameratoezicht binnen de Koopgoot creëren een ruimte die zeer geschikt blijkt voor consumenten maar tegelijkertijd mensen met andere motieven binnen de ruimte afstoot en filtert. Los van kenmerken als geslacht, leeftijd en etniciteit kan een scheiding worden getrokken tussen consumenten en niet‐consumenten, in de ervaring van een interdictory space. Het merendeel van de respondenten ervaart dat bepaalde personen en/of groepen ongewenst zijn binnen de Koopgoot maar slechts een enkeling heeft persoonlijke ervaring met deze afstoting en filtering. De personen en/of groepen die ongewenst zijn blijken dit dan met name te zijn op basis van de onmogelijkheden die zij hebben te consumeren en gedrag dat uitgeoefend wordt dat het consumeren niet ten behoeve komt wordt dan ook gemeden in de ruimte. Regels en toezicht zijn ingesteld op het voorkomen van dit gedrag. Deze conclusies worden onderstreept door de ervaringen van de respondenten en dan met name de ervaringen van de respondent die op basis van zijn gedrag en uiterlijk in eerste instantie niet goed lijkt te passen in de consumptieruimte. Het toezicht maakt de jongeman bewuster van zijn gedrag en leidt ertoe dat hij zich verplaatst naar andere ruimtes. Door middel van gewenning aan‐ en inpassing van het cameratoezicht in het dagelijkse leven (naturalization), ontstaat er meer en meer een scheiding tussen gebruikers van de ruimte in welke mate zij een interdictory space ervaren. De risico’s van de aanwezigheid van de interdictory space liggen in de mogelijkheden die het (camera)toezicht heeft tot het in de hand werken van stigmatisering, segregatie, polarisatie en discriminatie in een ruimte die zichzelf presenteert als openbaar. Het cameratoezicht vormt een selectief en classificerend middel ter filtering en afstoting binnen de ruimte waarin het plaatsvindt. 
Description
Citation
Supervisor
Faculty
Faculteit der Managementwetenschappen