Abstract:
De vrouwen die Alfred Stevens schilderde in het Parijs van het Second Empire lijken nette huisvrouwen. Zij zouden echter ook de tegenhanger van de femme comme il faut kunnen verbeelden: de demi-mondaine of cocotte. Zij is mooi en wordt door een of meerdere man(nen) onderhouden. In dit werkstuk worden enkele kunstkritieken besproken die geschreven zijn over de Saloninzendingen van Stevens. Zagen zij in Stevens' vrouwen een fatsoenlijke vrouw, of toch een cocotte?