Abstract:
Het onderzoek richt zich op het veronderstelde verband tussen de mate van complexiteit van
ruimtelijke ordeningsvraagstukken en de gehanteerde sturingsarrangementen binnen het
recreatiedomein. Uit literatuurstudie blijkt dat er een mogelijk verband is tussen beide aspecten. Het
verband is onderzocht met behulp van literatuurstudie en een drietal geselecteerde casestudies
(Recreatiegbied Kievitsveld, Recreatiegebied Strand Horst en Toverland). Hierbij is gebruik gemaakt
van interviews met zowel ambtenaren van overheden als medewerkers van marktpartijen. Bij de
analyse van de casestudies is ook een interview met de accountmanager van de Efteling
meegenomen. Dit is gedaan omdat de Efteling een grote speler is op de markt, en er werd verwacht
dat het interview extra informatie oplevert. De conclusie is dat het veronderstelde verband niet
verworpen hoeft te worden. Dit blijkt uit de analyse van de casestudies. De aanbeveling voor de
praktijk is daarom dat overheden en marktpartijen het sturingsarrangement beter moeten
afstemmen op de complexiteit van het vraagstuk.