Abstract:
Deze studie is gewijd aan de twee hoofdwerken van de Frans-joodse filosoof Emmanuel Levinas: Totaliteit en Oneindigheid (1961) en Anders dan Zijn (1974). Aan de orde is de ‘gescheidenheid’ tussen het zelf en de Ander. Waar in TO nog een afstand bestaat tussen het ‘zelf’ en de ‘Ander’ en beiden getekend worden door een radicale gescheidenheid, wordt dit in AZ opnieuw uitgedacht. In AZ spreekt Levinas over een excentrische subjectiviteit als het Andere-in-het-Zelfde en is niet langer het menselijk gelaat, maar de substitutie (plaatsvervanging) voor de Ander het voornaamste. In deze scriptie vraag ik mij af welke rol de scheiding speelt in AZ en in hoeverre dit een ontwikkeling is ten aanzien van Levinas’ eerste hoofdwerk.